Origineel
It’s knowin’ that your door is always open
And your path is free to walk
That makes me tend to leave my sleepin’ bag rolled up
And stashed behind your couch
And it’s knowin’ I’m not shackled by forgotten words and bonds
And the ink stains that have dried upon some lines
That keeps you in the back roads
By the rivers of my memory and keeps you ever gentle on my mind
It’s not clingin’ to the rocks and ivy
Planted on their columns now that bind me
Or somethin’ that somebody said because
They thought we fit together walkin’
It’s just knowin’ that the world will not be cursin’ or forgivin’
When I walk along some railroad track and find
That you’re movin’ on the back roads
By the rivers of my memory and for hours you’re just gentle on my mind
Though the wheat fields and the coal mines and the junkyards
And the highwayse between us
And some other woman’s cryin’ to her mother
‘Cause she turned and I was gone
I still might run in silence tears of joy might stain my face
And the summer sun might burn me till I’m blind
But not to where I cannot see
You walkin’ on the back roads by the rivers flowin’ gentle on my mind
I dip my cup of soup
Back from some gurglin’, cracklin’ cauldron in some train yard
My beard a roughenin’ coal pile
And a dirty hat pulled low across my face
Through cupped hands ‘round a tin can
I pretend to hold you to my breast and find
That you’re wavin’ from the back roads
By the rivers of my memory ever smilin’, ever gentle on my mind
Vertaling
Het weet dat je deur altijd open staat
En je pad is vrij om te lopen
Daardoor heb ik de neiging mijn slaapzak opgerold achter te laten
En opgeborgen achter je bank
En het weet dat ik niet geketend ben door vergeten woorden en banden
En de inktvlekken die op sommige lijnen zijn opgedroogd
Dat houdt je op de binnenwegen
Door de rivieren van mijn geheugen en houdt je altijd zacht voor mijn geest
Het kleeft niet aan de rotsen en klimop
Nu geplant op hun kolommen die me binden
Of iets dat iemand zei omdat
Ze dachten dat we bij elkaar passen terwijl we lopen
Het is gewoon te weten dat de wereld niet vervloekt of vergeeft
Als ik langs een spoorlijn loop en vind
Dat je beweegt op de binnenwegen
Bij de rivieren van mijn geheugen en urenlang ben je zacht voor mijn geest
Door de korenvelden en de kolenmijnen en de autokerkhoven
En de snelweg tussen ons
En een andere vrouw huilt tegen haar moeder
Omdat ze zich omdraaide en ik weg was
Ik kan nog steeds in stilte rennen, tranen van vreugde kunnen mijn gezicht bevlekken
En de zomerzon kan me verbranden tot ik blind ben
Maar niet waar ik niet kan zien
Je loopt over de binnenweggetjes langs de rivieren die zacht voor mijn geest stromen
Ik doop mijn kopje soep
Terug van een of andere gurglin ‘, cracklin’-ketel in een treinwerf
Mijn baard is een ruwe kolenhoop
En een vuile hoed trok laag over mijn gezicht
Door holle handen om een ??blikje
Ik doe alsof ik je tegen mijn borst houd en vind
Dat je zwaait van de binnenwegen
Bij de rivieren van mijn geheugen die altijd glimlachen, altijd zacht voor mijn geest