Ik wacht in mijn koude cel als de bel begint te rinkelen nadenkend over mijn vorige leven en het heeft niet veel tijd Want om 5 uur, brengen ze me naar de galgenpaal Het zand van de tijd voor mij begint te dringen, ja! Als de priester komt om me de laatste sacramenten voor te lezen kijk ik door de tralies naar de laatste beelden Van een wereld die heel verkeerd is gegaan voor mij Kan het zijn dat er een soort van fout is Moeilijk om de overweldigende terreur te stoppen Is dit echt het einde, niet een gekke droom? Kan iemand me alsjeblieft vertellen dat ik droom? Het is niet makkelijk om te stoppen met schreeuwen De woorden ontsnappen me als ik probeer te spreken De tranen stromen, maar waarom huil ik? Ik ben toch niet bang om dood te gaan? Geloof ik niet dat er nooit een einde is Terwijl de bewakers me naar de binnenplaats marcheren Roept iemand vanuit een cel “God zij met u” Als er een God is, waarom heeft hij me dan laten gaan? Terwijl ik loop drijft mijn hele leven voor me uit En hoewel het einde nabij is, heb ik er geen spijt van. Vang mijn ziel, het is bereid om weg te vliegen Let op mijn woorden, geloof dat mijn ziel voortleeft Maak je geen zorgen nu ik weg ben Ik ben verder gegaan om de waarheid te zoeken Wanneer je weet dat je tijd nabij is Misschien zul je dan beginnen te begrijpen Het leven hier beneden is slechts een vreemde illusie. Ja, geheiligd zij Uw naam. Ja, geheiligd zij Uw naam. Ja